Platform voor de tuin- en groenprofessional
Van sluitpost naar stuurinstrument
Leg beheer vast vanaf dag één.

Van sluitpost naar stuurinstrument

Drie adviesbureaus over beheer in bestekken

Hoe maken we van beheer en bestekken een motor voor groene innovatie in plaats van een rem? Drie praktijkmensen – Niek van Langen (SmitsRinsma), Roy Wouters (Burobol) en Ronald Brenkman (Rod’or Advies) – leggen uit wat er beter kan en móet, van ontwerp tot overdracht en nazorg.

Volgens Ronald Brenkman is de omslag onmiskenbaar. “Twintig jaar geleden werd een ‘overhoekje’ in een terrein wat beplant – was het maar groen. Tegenwoordig moet alles klimaatadaptief zijn, de biodiversiteit moet vergroot worden en nieuwbouw dient natuurinclusief te zijn,” zegt hij. “Volwassen bomen leveren in stedelijke gebieden een significante bijdrage aan klimaatregulatie, die in sommige gevallen groter is dan die van technische koelsystemen. De groeiende aandacht voor groenvoorzieningen kan daarom als een waardevolle ontwikkeling worden beschouwd.” 

Die ontwikkeling vraagt wel om kennis bij opdrachtgevers. “Bij grote gemeenten zit over het algemeen veel expertise aan tafel – disciplines kijken meteen mee of iets weerbaar is in beheer,” aldus Brenkman. “Kleinere gemeenten hebben die specialisten vaak niet, en de arbeidsmarkt is krap.”

Van sluitpost naar stuurinstrument 1
Houd ontwerpers langer aangehaakt. Organiseer supervisie tot na de onderhoudstermijn en laat overdrachten geen black box zijn.

“Beheerbewust ontwerpen” én “ontwerp-bewust beheren”

Niek van Langen ziet dat het beter móet met de vertaalslag van visie naar duurzame praktijk. “Kan het beter? Ik durf ‘kan’ weg te strepen: het móet beter,” zegt hij. “We moeten beheerbewust ontwerpen – in elk ontwerp de vraag stellen: is dit te beheren, efficiënt, passend bij de eindgebruiker? En aan de andere kant: aan de uitvoeringskant ontwerp-bewust beheren.”

Een goede stap is wat grotere gemeenten al eisen. “Amsterdam vraagt bij vergunningaanvragen een beheerparagraaf én een kostenparagraaf voor jaarlijks onderhoud en vervanging. Daardoor denk je eerder na en reserveer je geld voor later,” zegt Van Langen. “Architecten mogen ook vaker ‘achterom kijken’: een paar jaar na oplevering terug om te zien wat er écht staat.”

Van sluitpost naar stuurinstrument 2
Contracteer nazorg expliciet. Zet minimaal water geven en inboet als resultaatsverplichting in het bestek.

Ontwerpers langer aan boord; ook na oplevering

Roy Wouters pleit ervoor dat ontwerpers tot ná de oplevering betrokken blijven. “Voor ons houdt het eigenlijk pas op twee, drie jaar na oplevering – als de onderhoudstermijn voorbij is,” zegt hij. “Houd ons als rechterhand verbonden als ‘supervisie’ over het bestek en de uitvoering: dan landt het ontwerpproces op de juiste wijze in het bestek en bewaken we het eindbeeld tijdens de uitvoering.”

Juist in de overgang van aannemer naar beheerder gaat het nog te vaak mis, signaleert Wouters. “Je bouwt verantwoordelijkheid in je bestek, maar bij de overdracht naar de gemeente wordt het diffuus. Dan blijkt onduidelijk wat de aannemer nog moet doen – en staat een vers aangelegd plantvak zonder water of bescherming.”

Nazorg en inboet: contracteer het expliciet

Ook Brenkman wijst op die cruciale eerste jaren na aanleg. “Wij nemen altijd  posten voor nazorg op. Dat omvat  heel concreet het herstellen van uitgevallen beplanting en beregenen tijdens droge perioden. Bomen hebben in de eerste twee tot drie jaar na aanplant ondersteuning nodig. Daarnaast adviseren wij altijd om onderhoudswerkzaamheden, zoals maaien en onkruidbestrijding, voor een periode van één, twee of drie jaar na aanleg in het bestek op te nemen. Het is vervolgens aan de opdrachtgever om te bepalen of deze werkzaamheden onderdeel worden van de tender of dat hiervoor een eigen onderhoudspartij wordt ingeschakeld.”

Van Langen ziet hetzelfde op het snijvlak tussen oplevering en beheer. “Bij groen draait het om levend materiaal. Denk aan water geven, plantgaranties, kwaliteit van de groeiplaats. Je kunt zelfs een gewenst ‘eindbeeld’ contractueel borgen: na drie jaar hoort een boom een bepaalde stamomvang en kroonontwikkeling te hebben.”

Beheer vroeg in het ontwerpproces

Zowel Rod’or Advies als SmitsRinsma haken al in de vroege planfase aan met techniek, haalbaarheid en beheeraspecten. “We brengen de juiste expertise meteen aan tafel – van hulpdiensten tot evenementendruk en positionering van groen,” aldus Van Langen. “Dat voorkomt later spanningen tussen ontwerp, inkoop en beheer.”

Wouters ziet dat steeds meer opdrachtgevers expliciet een beheertoets en -raming vragen. “Toets wat je bedenkt op beheerbaarheid en leg bij de raad uit wat het betekent. In Eindhoven is bewust extra beheerbudget gevraagd omdat de gewenste kwaliteit dat vroeg; zo borg je het langjarige beeld.”

Aanbestedingsvormen: één maat past niet

Over de “ideale” contractvorm denken de geïnterviewden genuanceerd. Wouters: “Als we in een bouwteam kunnen werken, doen we dat het liefst. Je zit vroeg met uitvoerende partners aan tafel, weet elkaar te vinden en dat levert de opdrachtgever uiteindelijk geld op.”

Van Langen plaatst een kanttekening: “Heb je beheerder, ontwerper en technieker aan tafel, dan heb je niet per se de aannemer nodig; behalve als een specifieke uitvoeringswijze of fasering echt leidend is. Bij beheer is dat minder vaak zo dan bij grote aanlegprojecten.”

Brenkman merkt op dat een bouwteam eigenlijk altijd duurder uitvalt dan traditioneel aanbesteden. Ook gelooft hij niet dat langere beheercontracten heilig zijn. “Enerzijds omdat de animo en de uitdaging van de beheerder verdwijnt en daardoor de kwaliteit gedurende de jaren minder wordt, en anderzijds omdat deze partijen uiteindelijk op elkaar uitgekeken raken.”

Langere beheercontracten helpen echter wel degelijk om kennis op te bouwen en echt vooruit te kijken, zegt Van Langen. “Gun groene aannemers tijd: het eerste jaar is investeren en het areaal leren kennen, pas vanaf jaar drie, vier ga je samen vooruitkijken. Vijf jaar minimaal als je het op de markt zet; en we hebben projecten waar één beheerder al twintig, vijfentwintig jaar zit. Dat werkt fantastisch.”

Van rem naar motor: wat werkt

Wat maakt van beheer en bestekken nu een motor voor innovatie? De rode draad uit de gesprekken:

  • Leg beheer vast vanaf dag één. Verplicht een beheer- en kostenparagraaf en toets ontwerpen op beheerbaarheid, inclusief groeiplaats en ondergrond.
  • Houd ontwerpers langer aangehaakt. Organiseer supervisie tot na de onderhoudstermijn en laat overdrachten geen black box zijn.
  • Contracteer nazorg expliciet. Zet minimaal water geven en inboet als resultaatsverplichting in het bestek.
  • Kies contractvormen functioneel. Bouwteam waar het waarde toevoegt; anders: zet de kernspelers (beheer, ontwerp, techniek) vroeg aan tafel.
  • Investeer in kennis en capaciteit. Zeker bij kleinere gemeenten: betrek externe expertise om ambities waar te maken.

Of, zoals Van Langen het samenvat: “Beheerbewust ontwerpen en ontwerp-bewust beheren.” Doe je dat, dan wordt het bestek geen rem maar een versneller van groene kwaliteit waar bewoners wérkelijk iets van merken – niet alleen op de dag van oplevering, maar vooral in de jaren daarna.

"*" geeft vereiste velden aan

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Stuur ons een bericht

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?

Bekijk alle resultaten